"Geesteswetenschappers moeten zichzelf blijven."
Freek Schmidt
Hoogleraar Geschiedenis van de architectuur en de leefomgeving en portefeuillehouder Onderwijs van de Faculteit der Geesteswetenschappen
Het thema van dit nummer van idea is ‘vooruitgang?’. Met vooruitgang wordt over het algemeen bedoeld de (geleidelijke) vordering op een bepaald terrein of verbetering van een toestand, zo lezen we in de Van Dale. De voorbeelden die daar worden aangehaald, lijken vaak te gaan over meetbare progressie, in beschaving, cultuur, salaris, winst of welvaart. Maar niet alle vooruitgang is eenvoudig meetbaar.
Binnen de geesteswetenschappen wordt vooruitgang als begrip over het algemeen voorzichtig gehanteerd. Onze faculteit herbergt vanouds een aantal aandachtsgebieden die alle wel iets doen met onderzoek, waarin meetbare vordering of verbetering wordt geregistreerd, maar het vormt zelden het fundament van de discipline. Kwantitatief en kwalitatief onderzoek wisselen elkaar af.
Momenteel wordt vooruitgang veelvuldig in verband gebracht met kunstmatige intelligentie. Binnen onze faculteit zijn we daar ook mee bezig. Zo doen onze taalwetenschappers onderzoek naar text mining of computational linguistics en gebruiken ze zogenoemde generatieve taalmodellen. Tegelijkertijd zien wij de beperkingen van de snelle wiskunde, want daar hebben we het eigenlijk over. Geesteswetenschappers kunnen meer dan computing en zetten hun begrip van taal als complexe cultuuruiting in om de technologie van AI (artificial intelligence) tot humane proporties terug te brengen.
In essentie is AI een zeer handig en uiterst snel rekenwonder, maar zelfstandig denken kan het niet, verstand ontbreekt. Zonder opdracht of prompt gebeurt er niets.
"In essentie is AI een zeer handig en uiterst snel rekenwonder, maar zelfstandig denken kan het niet, verstand ontbreekt."
Door slordige vertaling van het brede Engelse begrip intelligence verwarren wij de kunstmatig gegenereerde informatie van AI met intelligentie, terwijl het ver afstaat van verstandelijk vermogen.
Binnen onze opleidingen geven wij een geesteswetenschappelijk perspectief op deze materie aandacht als digital humanities. Ook filosofen, letterkundigen, historici, kunst- en cultuurhistorici en archeologen, om er slechts enkele te noemen, zetten hun humane intelligentie in voor een verstandige en duurzame omgang met digitalisering, daar waar die vordering mogelijk maakt in onderzoek en onderwijs. Maar waar technologie de relatie van de mens tot zijn omgeving fundamenteel probeert te verstoren in plaats van te verbeteren, is kritische distantie vereist. Daarom moeten geesteswetenschappers zichzelf blijven, het eigen verstand blijven aanspreken en ontwikkelen, hun wijsbegeerte, hun inzichten in het verleden, in taal, media en de veelsoortige kunst- en cultuuruitingen blijven bestuderen en verder brengen in het belang van de samenleving. Die wetenschap maakt de mens als intelligent wezen tot mens en zorgt voor werkelijke vooruitgang.
Freek Schmidt
alumnimagazine voor geesteswetenschappers juni 2024